Het gezin van Sientje van Straten-Bachrach

In 2019 bezocht Catherina van Willigenburg het voormalig kamp Auschwitz-Birkenau, om de vele familieleden die daar vermoord werden tijdens de oorlog te herdenken. Ze besloot daarna om de verhalen over deze familieleden vast te leggen voor de volgende generaties. Het verhaal over het gezin van Abraham Bachrach is hier uitgebreid beschreven. Dit is het verhaal over het gezin van Sientje van Straten-Bachrach, de zus van Abraham.

Het gezin van Sientje van Straten-Bachrach

Voornaam
Sientje
Achternaam
van Straten-Bachrach
Geboortedatum
03 juli 1909
Geboorteplaats
Den Haag
Sterfdatum
17 september 1943
Sterfplaats
Auschwitz

Deel van de stamboom Bobbe-Bachrach

Sientje Bachrach (1909-1943), zus van Aby, haar man Joseph van Straten (1903-1944) en hun twee kinderen Hijman (1936-1943) en Clara (1939-1943) arriveerden op 19 februari 1943 in kamp Westerbork met hetzelfde transport als mijn overgrootmoeder Henrica Bobbe-de Vries. Zij zullen waarschijnlijk op dezelfde manier opgeroepen zijn. Op 22 april werden zij naar Vught overgebracht. Daar gebeurde iets waardoor Joseph als strafgevangene op 20 mei naar het gevangeniskamp Oud-Leusden werd gebracht. Volgens zijn kaart werd hij daarvandaan op 23 juli 1943 naar de gevangenis in Arnhem gedeporteerd en kwam vervolgens op 11 september in Westerbork aan om zich bij zijn vrouw en kinderen te voegen, die daar, met het tweede kindertransport in juni 1943 waren aangekomen. Ze verbleven toen in barak 60, een paar weken samen met schoonzus Bertha Bachrach en haar kinderen. Op 14 september 1943 werd het hele gezin van Straten naar Auschwitz gedeporteerd. Sientje en de kinderen werden meteen vermoord en Joop moest werken. Na vier maanden werd hij vermoord of bezweek hij.

De kinderen van Sientje en David kwamen samen met hun moeders met de kindertransporten aan in Westerbork. Hieronder een beschrijving.

Kindertransporten Kamp Vught
De kindertransporten vanuit Vught waren twee massadeportaties op 6 en 7 juni 1943 van alle aanwezige Joodse kinderen in kamp Vught per trein naar het kamp Westerbork en vervolgens naar het vernietigingskamp Sobibor. De meer dan duizend kinderen van 0 tot 16 jaar werden bij aankomst daar direct vermoord.

Rond april 1943 raakte het kindergedeelte van Kamp Vught overvol door de toestroom van Joodse kinderen als gevolg van de verheviging van de door de Duitsers uitgevoerde razzia's. Vanaf de kleuterleeftijd zaten kinderen in aparte barakken en zagen zij hun ouders niet of zelden. Zij werden moeilijk te hanteren en de kleine kinderen kregen vaak besmettelijke ziekten. Omdat kinderen geen werk verrichtten, werd besloten ze weg te halen uit Vught. Op 8 mei 1943 vertrok een transport met veel grote gezinnen. (Waaronder het gezin van Abraham Bachrach). Op 22 mei werden 1250 mensen gedeporteerd waaronder 300 kinderen. Op 5 juni 1943 werd bekendgemaakt dat alle kinderen uit het kamp zouden worden verwijderd. Er werd verteld dat zij naar een speciaal kinderkamp in de buurt zouden gaan.
"Er heerst op het ogenblik een stemming in het kamp, zoals er nog nooit geweest is. Het ergste wat er tot nu toe gebeurd is, is ons meegedeeld. Alles wat we tot heden aan toe ondervonden hebben, was erg, maar dit wat zich nu voordoet, overschrijdt alle grenzen. Gisteravond werd ons medegedeeld dat het kinderkamp wordt opgeheven. Alle kinderen jonger dan zestien jaar moeten het kamp verlaten. Dit is op zichzelf nog niet het allerergste, maar wat wel het allerergste is, is dat de gezinnen uit elkaar gerukt worden. Er werd ons een proclamatie meegedeeld waarvan we trilden en beefden." (Uit: Alles ging aan flarden, Klaartje de Zwarte-Walvisch, 6 juni 1943)

Deportatie naar Westerbork.
Op 6 juni werden alle kinderen van nul tot en met drie jaar, samen met hun ouders gedeporteerd naar kamp Westerbork. Een dag later op 7 juni werden de kinderen van vier tot en met zestien jaar afgevoerd naar Westerbork.
"Emotie als nog zelden is voorgekomen: de schoonmaaksters kwamen vanmorgen snikkend de zaal binnen, mannen briesten: dat is wel het vuilste dat wij hebben meegemaakt. Midden in de nacht, tegen half vijf, is een transport van zeventienhonderdvijftig Joden in veewagens aangekomen: op een honderd mannen na, niet anders dan berooide vrouwen met haar kinderen en zuigelingen. Zij kwamen broodmager, geradbraakt aan, na een reis van tien uur. Ze spuwden vuur en vlam over de gemene behandeling in Vught, de afmatting en de vernedering: des morgens om vier uur op, half vijf appèl, tot zes uur staan, half zeven aan het werk, vaak met honden achter zich aan; met een uur schafttijd tot 's avonds half zeven, soms half acht. Onder de baby's zijn verscheidene zieke, roodvonk en mazelen: op mijn zaal is een baby, een krullebol van nog geen jaar, tussen de andere kinderen neergelegd. (Uit: In Depot, dagboek uit Westerbork – Philip Mechanicus)

Deportatie naar Sobibór.
Op 8 juni 1943 vond het kindertransport plaats vanuit kamp Westerbork. Met meer dan 3000 personen verdeeld over 46 goederenwagons was dit het grootste transport van Joden vanuit Nederland. Volgens het Statistisch Bureau Westerbork bestond dit transport uit 613 mannen, 1350 vrouwen en 1051 kinderen tot en met 16 jaar, waaronder 119 kleuters, 123 peuters en 55 baby's. Samen met hun ouders werden ze getransporteerd naar vernietigingskamp Sobibór in bezet Polen waar ze op 11 juni aankwamen en vrijwel direct na aankomst door vergassing om het leven werden gebracht.

Detail van het Monument der verloren kinderen in Kamp Vught

Kindermonument
Dit kindermonument bestaat uit een natuurstenen onderstuk met daarop bronzen gedenkplaten. De gedenkplaten worden aan de bovenkant verbonden met davidsterren. Op de gedenkstenen zijn alle 1269 namen van de kinderen aangebracht met hun leeftijd. Ook de namen van Klara, Flora, Sine Bachrach en Hijman, Clara van Straten staan hierop. Voor de gedenkplaten ligt in het brons gegoten speelgoed. De tekst op de plaquette aan de voet van het gedenkteken luidt:



MEER DAN 1800 JOODSE KINDEREN WERDEN VAN HIER
OP TRANSPORT GESTELD, NAAR VERNIETIGINGSKAMPEN.
SLECHTS ENKELEN OVERLEEFDEN
VAN 1269 VAN DEZE KINDEREN STAAN HIER DE NAMEN
ZIJ WERDEN WEGGEVOERD MET HET KINDERTRANSPORT OP 6 EN 7 JUNI 1943
EN OMGEBRACHT
IN HEN GEDENKEN WE ALLE KINDEREN DIE VAN KAMP VUGHT WERDEN WEGGEVOERD
OM NOOIT MEER TERUG TE KEREN
MOGEN HUN ZIELEN GEBUNDELD WORDEN IN DE BUNDEL VAN HET EEUWIGE LEVEN


Het volledige onderzoek is op de website van Joods Erfgoed Den Haag te lezen:
https://www.joodserfgoeddenhaag.nl/wp-content/uploads/2023/02/Een-oorlogsgeschiedenis-3.pdf

 

Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Oosthalen 8, 9414TG Hooghalen
  • Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.