Sophia Muijsson-Gazan

Sophia Clara Muijsson-Gazan is geboren op13 juli 1905 te Rotterdam. Ze was de dochter van Wolf Jacob Gazan (van beroep reiziger) en Clara Levi. Sophia was hoedenmaakster en een lieve, knappe intelligente vrouw.

Sophia Muijsson-Gazan

Voornaam
Sophia Clara
Achternaam
Muijsson-Gazan
Geboortedatum
13 juli 1905
Geboorteplaats
Rotterdam
Sterfdatum
31 oktober 1942
Sterfplaats
Auschwitz

Op 13 november 1928 werd haar zoon Frans Donald Muijsson geboren die bij aangifte eerst de achternaam Gazan kreeg. Ze trouwde op 12 december 1928 met zijn vader, de gereformeerde tandtechnicus Johannes Christiaan Muijsson, geboren 3 november 1905. Haar broers waren erg gekant tegen het huwelijk. Haar zoon kreeg na het huwelijk de achternaam Muijsson. Zowel Sophia als haar man Johannes kwamen uit gezinnen met 10 kinderen.

Na haar huwelijk woonde ze met haar man aan de Mathenesserdijk in Rotterdam. Toen hij in dienst moest bij de geneeskundige troepen en in 1939 werd overgeplaatst naar Hilversum verhuisden ze en waren inwonend. Na de capitulatie in 1940 werkte haar man Johannes nog een half jaar in Hilversum maar kreeg toen ander werk in Maastricht. Een nieuwe verhuizing naar deze plaats volgde. Eerst woonden ze daar in de Lage Barakken en later in de Lyonnetstraat 3, ook inwonend.

In Maastricht richtten zij een schaakclub op met de naam “De Pion” en organiseerden menig schaaktoernooi, waar Sophia altijd een van de beste spelers was.

In Maastricht richtten zij een schaakclub op met de naam 'De Pion' en organiseerden menig schaaktoernooi, waar Sophia altijd een van de beste spelers was. Het is aan Sophia te danken dat het kampioenschap van Maastricht werd ingesteld.

Op 6 maart 1942 werd ze bij een bezoek aan de vleesconservenfabriek “Viande” in Leiden, samen met de eigenaar Jan Verhoef en haar zwager Levi Messcher uit Rotterdam, gearresteerd door de SD. Jan Verhoef werd beschuldigd van hulp aan Joden. Sophia werd direct in Scheveningen (het Oranjehotel) gevangengezet. Vanuit de gevangenis schreef ze in april nog twee brieven. Alleen haar schoonzuster mocht haar bezoeken. Op 18 juni 1942 werd ze op transport gesteld naar Rothenburg, in het uiterste oosten van Duitsland. Daar bevond zich een zogenaamd “Judenlager” genaamd Tormersdorf. Van daar werd Sophia op 3 juli naar het vrouwenkamp Ravensbrück en op 5 oktober naar Auschwitz getransporteerd, waar zij op 31 oktober 1942 werd vermoord.

Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Oosthalen 8, 9414TG Hooghalen
  • Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.