Rebekka van Leer is een dochter uit het tweede huwelijk van Leman van Leer en Vrougje Roos. Zij werd geboren op 2 november 1887 in Drachten. Dit tweede huwelijk van Leman van Leer werd op 2 juli 1887 te Drachten gesloten. Zijn eerste vrouw, Frouke Levi, overleed op 22 april 1885. Uit dat eerste huwelijk waren 6 kinderen geboren. Lemans tweede vrouw werd geboren in Staphorst op 18 maart 1853. Uit dit tweede huwelijk van Leman werden ook weer 6 kinderen geboren, waaronder dus Rebekka.
Op de foto is Rebekka (rechts) te zien naast haar man Benjamin.

Rebekka van Gelder- van Leer

Rebekka van Leer trouwde op 16 augustus 1912 met Benjamin van Gelder uit Meppel. Hij werd geboren in Meppel op 24 januari 1879. Het echtpaar kreeg 10 kinderen waarvan één, in 1930, dood werd geboren: Aron (04-07-1913), Leman (23-06-1915), Eliazer (20-02-1917), Roosje Vrougje (24-01-1920), Rozetta (25-12-1921), Anna Regiena (10-08-1924), David (02-10-1926), Rijna Elisabeth (16-06-1931) en Vogelina Sara (24-07-1934).

De familie woonde op verschillende adressen in Meppel: eerst in de Eerste Hoofdstraat, vanaf 1932 aan de Prinsengracht en na 1935 aan de Parallelweg 23. Benjamin was in Meppel een bekend marktkoopman. Hij verkocht vooral fruit. Verder verkocht hij, met hulp van zijn kinderen, op zondag fruit, snoep en chocola op het voetbalveld.

In januari 1941 trouwde dochter Roosje Vrougje met Raphaël Montezinos en vertrok naar Amsterdam. Een jaar later, in juli 1942, trouwde Leman in Zwolle met Martha van Zuiden. De andere kinderen woonden nog bij hun ouders.

Kort na zijn huwelijk werd Leman in augustus 1942 met zijn broers Aron en Eliazer opgeroepen om zich te melden in het werkkamp Linde. Daar waren de broers maar kort want al snel gingen ze van daar naar kamp Westerbork. Op 3 oktober 1942 werden Rebekka en Benjamin en de overgebleven 5 nog thuiswonende kinderen ook overgebracht naar dit kamp. Daar troffen ze Leman nog wel aan, maar Aron en Eliazer waren al enkele dagen na hun aankomst doorgestuurd naar Auschwitz en kort daarna omgekomen.

Leman en zijn vrouw Martha bleven ook weer achter toen op 9 oktober 1942 hun familieleden gedeporteerd werden. Met een transport van 1702 personen naar Auschwitz werden Rebekka, Benjamin en vijf van hun kinderen weggevoerd. Dochter Roosje en haar man Raphaël Montezinos vertrokken uit Westerbork met ditzelfde transport. David van Gelder werd na aankomst geselecteerd voor arbeid en kwam uiteindelijk in januari 1943 om het leven. Alle andere leden van de familie van Gelder werden direct na aankomst vermoord.

Leman en Martha moesten in het voorjaar van 1943 uit Westerbork vertrekken. Beiden waren werkzaam in de keuken van kamp Westerbork en allebei brachten ze ook enige tijd door in het ziekenhuis van het kamp. Op 18 mei 1943 werden ze gedeporteerd naar Sobibor waar ze direct na aankomst werden vermoord.

De familie Van Gelder wordt net als de andere vermoorde Joden uit Meppel herdacht op het Joods monument in die plaats.

 

Een uitgebreider verhaal over de familie is te lezen op: 
http://www.joodsmonumentmeppel.nl/families/gelder-b/gelder-b.html