Martha Sara Heilbut is geboren op 23 september 1891 in het Duitse Hamburg. Ze was dochter van John Heilbut en Esther Reich. Martha is Duitsland ontvlucht in 1939 voor het naziregime en was sindsdien stateloos. Ze was niet getrouwd.
Martha Heilbut
- Voornaam
- Martha Sara
- Achternaam
- Heilbut
- Geboortedatum
- 23 september 1891
- Geboorteplaats
- Hamburg
- Sterfdatum
- 09 juli 1943
- Sterfplaats
- Sobibor
Martha woonde van 4 februari 1939 tot 16 oktober 1940 in Den Haag op het adres De Carpentierstraat 36. Vanaf oktober woonde ze in Amersfoort aan de Anton Mauvestraat 16 bij de familie Simmeren in. De heer Benedictus Simmeren was een vooraanstaand persoon in de Joodse gemeenschap, wellicht heeft hij zich over haar ontfermd.
Op 8 september 1942 is Martha opgenomen in het Pius Gesticht (sanatorium en tbc-kliniek) aan de Bruggestraat 21 in Harderwijk. Men heeft daar nog van alles geprobeerd, om te voorkomen dat Martha gedeporteerd werd. De nonnetjes van het ziekenhuis hebben meerdere Joden kunnen helpen zo bleek na de oorlog. Door mensen besmettelijke ziekten toe te schrijven hoopten ze dat de bezetter hen niet zou weghalen. Uiteindelijk is Martha, ernstig ziek, op een brancard met een ziekenauto naar Westerbork gebracht. De moeder-overste in het ziekenhuis in Harderwijk probeerde nog om haar daar te houden maar volgens de politiechef die bij het transport betrokken was zei Martha daarop: “Mijn tijd is bijna gekomen, laat mij maar gaan, waarom zou ik jullie last bezorgen?” Op 9 april 1943 kwam ze in Westerbork aan. Daar werd ze opgenomen in barak 84, onderdeel van het kampziekenbarak.
Uiteindelijk is Martha, ernstig ziek, op een brancard met een ziekenauto naar Westerbork gebracht.
Na drie maanden Westerbork is Martha op 6 juli 1943 met het 17e transport van Westerbork naar Sobibor gegaan. Met dit transport vertrokken in totaal 2417 personen en van dit transport heeft niemand overleefd. Martha is op 9 juli 1943 vermoord. Ze werd 51 jaar oud.
In Amersfoort is een herdenkingssteen voor Martha geplaatst aan de Anton Mauvestraat 16.
Gegevens en foto’s bij dit verhaal zijn ontleend aan het boek Joodse Harderwijkers van A. Daniëls en N. de Bruijne.