Martha Lazarus-Frank

Martha Frank is de dochter van Isak Frank (1866- Sobibor 1943) en Henriëtte Frank- de Haas (1874- Hardenberg 1941). Martha’s ouders hadden een winkel in textiel en manufacturen aan de Voorstraat in Hardenberg. Het gezin had vier kinderen. De oudste was Alida (1897-1985), Martha was op 16 februari 1901 de tweede en na haar kwamen haar twee broers Andries (1903- Majdanek 1943) en Aron Karel (1909- Majdanek 1943).

Prentbriefkaart van de Voorstraat. Links vooraan het in 1929 gebouwde winkelpand van de familie Frank.

Martha Lazarus-Frank

Voornaam
Martha
Achternaam
Lazarus-Frank
Geboortedatum
15 februari 1901
Geboorteplaats
Hardenberg
Sterfdatum
28 mei 1943
Sterfplaats
Sobibor

Martha verloofde zich op 16 februari 1930 met Simon Lazarus. Martha Frank. Simon kwam uit Winschoten, maar woonde toen nog in Leer, Duitsland.

Hun huwelijk had plaats op 19 november 1930. Het paar trouwde in Hardenberg, de woonplaats van Martha. Simon en Martha gaven volgens de advertentie een receptie in Winschoten op 6 december. De receptie vond waarschijnlijk plaats in hun woning aan de Hoogstraat 10 in Winschoten.

Martha en Simon Lazarus-Frank. Bron: De Joodse gemeenschap in Winschoten, E.P. Boon en J.J.M. Lettinck

Simon Lazarus is de zoon van koopman Lazarus Lazarus (1870- Auschwitz 1943) en Marie Lazarus-Levie (1866- Winschoten 1941).
Simon werd geboren op 2 maart 1898 in Winschoten. Hij was het oudste kind van het echtpaar. Na hem, in 1899, werd zijn broertje Simson geboren. Dit kind stierf op zijn vierde verjaardag. De enige dochter was Sara. Zij werd geboren in 1903. En in 1905 werd het jongste kind geboren, hij kreeg dezelfde naam als zijn overleden broertje, Simson. De drie kinderen zijn vernoemd naar hun grootouders.

Simon en Martha kregen een dochter en een zoon. Marie werd geboren op 6 oktober 1931 en Isak Louis Lazarus op 19 januari 1934. Beiden kwamen in Winschoten ter wereld.

Marie en Isak Lazarus

In een advertentie in de krant in mei 1933 werden vier percelen aan de Wilhelminasingel in Winschoten aanbesteed namens Simon Lazarus.
Het gezin ging waarschijnlijk in een van deze nieuwe woningen wonen, hun adres was later Wilhelminasingel 52.

Simon was grofsmid en was gespecialiseerd in het maken van grof en groot smeedwerk voor bijvoorbeeld boerenkarren. Tevens was hij vee- en paardenhandelaar. Met grote regelmaat adverteerde hij in de krant met de paarden die hij te koop of te ruil aanbood.

In april 1939 vroeg het gezin Lazarus-Frank om een ‘Meisje van 35 å 45 jaar, Duitsche niet uitgesloten.’

Martha’s ouders hadden een winkel in textiel en manufacturen aan de Voorstraat in Hardenberg.

In het begin van het tweede oorlogsjaar moet er veel veranderd zijn voor de familie. Simons moeder overleed op 20 januari 1941 en Martha’s moeder drie weken later, op 13 februari 1941. Ze stierven beiden in hun woonplaats.
Aan het eind van het jaar 1941 werd Simons bedrijf opgeheven. In dezelfde advertentie werd ook de naam van zijn jongste broer Simson genoemd. Ook hij was vee- en paardenhandelaar.

30-12-1941

In augustus 1941 moest het gezin hun woning aan de Wilhelminasingel verlaten. Ze trokken in in Simons ouderlijk huis aan de Engelschestraat 11 in Winschoten, waar Simons vader en broer Simson woonden. Simons zus Sara woonde na haar huwelijk met Wolf Braaf elders. Dit echtpaar had twee kinderen.
De Wilhelminastraat had inmiddels op last van de bezetter een naamswijziging ondergaan, hij heette voortaan Willemstraat. Dit om elke verwijzing naar het Koninklijk Huis te vermijden.

Op 18 augustus 1942 moest Simon naar een werkkamp, welke dat was is onbekend.
Met de ontruimingen van de werkkampen en de grote razzia in Winschoten kwam het gezin op 3 oktober 1942 samen aan in kamp Westerbork. Simon verbleef in barak 85 en 59. Martha en haar kinderen Marie en Isak verbleven eerst in barak 39 en in november 1942 ook in barak 59.

Martha en de twee kinderen moesten op 25 mei 1943 op transport naar Sobibor. Ze werden na hun aankomst op 28 mei 1943 vermoord.
Martha Lazarus- Frank was 42 jaar, dochter Marie Lazarus was 10 jaar en zoon Isak Louis Lazarus was 9 jaar oud.

Marie en Isak met hun moeder Martha. Bron: De Joodse gemeenschap in Winschoten, E.P. Boon en J.J.M. Lettinck

Transportlijst met de namen van Marie en Isak Lazarus

Transportlijst van Martha Lazarus-Frank

Simon vertrok ruim drie maanden later, op 7 september 1943. Zijn transport ging naar Auschwitz. Op de transportlijst stond achter zijn naam bij beroep landarbeider genoteerd.

Auschwitz was niet de eindbestemming van Simon. Hij werd doorgestuurd naar kamp Warschau.
Kamp Warschau was gebouwd op de resten van het getto van Warschau dat eerder dat jaar door de Duitsers was ontruimd. De dwangarbeiders kregen de opdracht tussen de resten van het getto waardevolle materialen te zoeken, zoals bakstenen, stukken ijzer, lood en koper en de porseleinen potten van elektriciteitsmasten.
Simon heeft de ontberingen niet overleefd. Zijn overlijdensdatum is vastgesteld op 1 april 1944. Simon Lazarus was 46 jaar oud.

Het puin van het getto van Warschau

Van Martha’s familie overleefde alleen haar oudere zus Alida de oorlog. Zij zette met haar man de textielwinkel van de familie in Hardenberg voort.
Simons vader, broer, zuster en zwager en hun twee kinderen keerden allen niet terug uit de oorlog.

Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Oosthalen 8, 9414TG Hooghalen
  • Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.