Marcus Frederik de Vries

Voor de oorlog werkte Max als journalist voor De Tribune, het blad van de communistische partij Holland, maar hij was volgens andere documenten ook handelaar in graan. Later ging hij in bankzaken, en in de jaren ‘30 handelde hij in schilderijen, waarmee hij een aanzienlijk inkomen verwierf. Tijdens de eerste jaren van de oorlog zette Max de handel in kunst voort, en stelde hij veel geld beschikbaar aan het verzet, onder meer om de verschijning van het verzetsblad Het Parool mogelijk te maken.

 

Foto links: Marcus Frederik de Vries, rond 1935
(Collectie Joods Historisch Museum: https://prod.jck.hubs.delving.org/page/aggregation/jhm-foto/F012739)

Marcus Frederik de Vries

Voornaam
Marcus Frederik
Achternaam
de Vries
Geboortedatum
16 oktober 1897
Geboorteplaats
Harderwijk
Sterfdatum
18 juli 1942
Sterfplaats
Auschwitz

Marcus Frederik de Vries, die Max werd genoemd, werd geboren in Harderwijk op 16 oktober 1897 als jongste kind van Frederik de Vries (Dwingeloo, 1 januari 1860 - 4 juli 1932) en Finette de Winter (Zutphen, 29 september 1865 - Sobibor 2 juli 1943). Frederik en Finette waren op 12 mei 1887 getrouwd in Zutphen. Frederik de Vries was deurwaarder bij de rijksbelastingen, en Finette was onderwijzeres, althans dat was ze tot ze ging trouwen. Ze woonden in Harderwijk in de Kerkstraat. (*1 voor ouders, broers en zus van Frederik de Vries, en *2 voor ouders, zus en broers van Finette de Winter).
Later verhuisde het gezin naar Amsterdam, waar ze woonden in de Van Breestraat 94.
Max had een tien jaar oudere zus, Mietje (Marie) de Vries, die op 24 januari 1918 in Amsterdam trouwde met Matthias Ludovicus Joannes (Louis of Loes) Lemaire. Zij waren beiden onderwijzer, maar later specialiseerde Lemaire zich in de kunst, met name kunst van volkeren in Azië en Afrika, en richtte hij een bekende kunstgalerie op in Amsterdam. In 1890 werd Jetje Josephine geboren, maar zij overleed op 1-jarige leeftijd. Josef was een twee jaar oudere broer van Max; over hem is bekend dat hij in 1908 Bar Mitswa werd, dat hij getuige was bij het huwelijk van zijn zus Mietje, waarbij werd vermeld dat hij koopman was en in Amsterdam woonde, en we weten dat hij in de oorlog Nederland ontvluchtte met zijn gezin en via Portugal naar elders vertrok. (*3 voor zussen en broer van Max de Vries).

Advertentie. "Nieuw Israelietisch weekblad". Amsterdam, 14-02-1908, p. 2.
Geraadpleegd op Delpher op 16-06-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010872596:mpeg21:p006

Uit de boeken van de militaire keuringen blijkt dat Max in 1916 drie klassen van de 5-jarige HBS had voltooid en was overgegaan naar het vierde jaar, en dat hij kantoorbediende was. Hij werd goedgekeurd ondanks problemen met voeten en ogen en in 1917 werd hij ingedeeld bij de Wielrijders. Later dat jaar werd hij overgeplaatst naar de infanterie.

Geboorteakte Marcus Frederik de Vries (Geldersarchief.nl)

Op 5 september 1929 werd in Amsterdam een buitenechtelijk kind van Max geboren, Albert Klein. Zijn moeder, Antje Klein, was een dienstmeisje bij de familie De Vries. Hoewel Max het kind niet officieel had erkend, stuurde hij wel maandelijks geld. Klein groeide op bij zijn moeder, maar verbleef tot de oorlog tijdens vakanties bij zijn vader. „Opa Klein kreeg dat geld. Ik kreeg helemaal niks; als ik met vakanties bij mijn vader in Amsterdam kwam, kreeg ik nieuwe kleren. Opa Klein kocht van het geld dat hij voor mijn onderhoud kreeg een pand voor een winkeltje, een winkel in rieten manden.”

Max de Vries was een vermogend man. Dat was hij vooral dankzij zijn vader, die op 4 juli 1932 was overleden en die een hoge ambtenaar was geweest bij het ministerie van Financiën, bij de dienst belastingen. Voor de oorlog werkte Max als journalist voor De Tribune, het blad van de communistische partij Holland, maar hij was volgens andere documenten ook handelaar in graan. Later ging hij in bankzaken, en in de jaren ‘30 handelde hij in schilderijen, waarmee hij een aanzienlijk inkomen verwierf. Hij was lid van de communistische partij, de CPH, geweest, maar zegde zijn lidmaatschap op, waarschijnlijk in 1933, toen een in Duitsland gemaakte film, Morgenrot, in Nederland zou worden vertoond. Hitler had in Berlijn de première van de film, die nationaalsocialistische ideeën propageerde, bijgewoond, en Max had artikelen daarover gevonden die hij aan zijn vriend Frans Goedhart, die ook journalist voor de Tribune was, had gegeven. Ze vonden dat de film niet in Nederland zou moeten draaien en organiseerden met andere leden van de CPH en leden van andere linkse partijen protesten om het opkomend fascisme en nationaalsocialisme een slag toe te brengen. De protesten leidden tot enorme rellen op het Rembrandtplein. Met de minuut groeide de menigte aan, schreef Goedhart op 18 maart 1933, een dag na het begin van de rellen. Politie te voet, te paard en de motorbrigade raasden in dolle vaart over het asfalt, voortdurend trachtend de mensen met sabel en gummistok in beweging te houden. Ook in Rotterdam en Den Haag werd tegen de vertoning van de film geprotesteerd. De rellen hielden een week aan totdat de film van het programma werd genomen. Het eigenmachtig optreden van leden om zoiets groots te organiseren stak het partijbestuur van de CPH en het is goed mogelijk dat dit de reden was dat Max zijn lidmaatschap opgaf.

In de tweede helft van de jaren dertig bewoog Max zich in het links-radicale milieu van voormalige activisten, kunstenaars en schrijvers. Ze ontmoetten elkaar op vrijdagavonden en voerden op hoog niveau politieke discussies, die meestal louter theoretisch waren en bij arbeiders geen weerklank vonden. Toch zouden vanuit deze groep later politieke acties worden ondernomen. Politieke vluchtelingen werden geholpen en er werden manifestaties georganiseerd, er werd morele en financiële steun verleend aan uit Duitsland gevluchte Joden en er werden politieke vlugschriften en pamfletten gedrukt die waarschuwden voor het nationaalsocialisme in Duitsland.

Tijdens de eerste jaren van de oorlog zette Max de handel in kunst voort, en stelde hij veel geld beschikbaar aan het verzet, onder meer om de verschijning van het verzetsblad Het Parool mogelijk te maken. Hij steunde Frans Goedhart voor diens Nieuwsbrief van Pieter ’t Hoen. Toen de Nieuwsbrief van Pieter ’t Hoen een nationaal verzetsblad werd, kreeg het de naam Het Parool. De ondertitel van het blad was “Vrij, Onverveerd” ontleend aan een strofe uit het Wilhelmus. Die naam had Goedhart bedacht voor het door hem en Max vóór de bezetting uit te geven blad dat stelling zou nemen tegen de Nederlandse neutraliteitspolitiek. Het Parool was een blad dat verschillende politieke richtingen moest verenigen in de strijd tegen de bezetter. De financiering van het Parool leverde veel problemen op. Eerst bekostigden de redactieleden zelf de uitgaven van het blad, maar al snel werden de oplagen groter en stegen de kosten. Max heeft aanzienlijke bedragen verschaft om het drukken en verspreiden van het blad van zijn vriend Frans Goedhart mogelijk te maken.
In januari 1942 werd Goedhart gearresteerd op het strand van Scheveningen bij een poging naar Engeland te vluchten. Hij werd gevangengezet in kamp Amersfoort en later kamp Vught. Een aanzienlijk deel van het bedrag dat men nodig achtte om hem vrij te krijgen kwam uit de gelden die Max had toevertrouwd aan zijn zwager Lemaire. Goedhart kreeg de doodstraf, maar slaagde erin op 2 augustus 1943 bij een transport uit het kamp Vught uit zijn gevangenschap te ontsnappen.
Meer hierover: https://www.parool.nl/over-het-parool/frans-goedhart-1904-1990-oprichter-van-het-parool-bestreed-fascisme-en-communisme~bd3cf273/

Max was daar toevallig op bezoek en hij is die avond gearresteerd en geboeid overgebracht naar de gevangenis aan de Amstelveenseweg.


Marcus met zijn moeder (bron: https://prod.jck.hubs.delving.org/page/aggregation/jhm-foto/F012740)

Op 2 april 1941 trad Max in het huwelijk met Solvejg Fuchs (Berlijn, 1 december 1916 – Zwitserland, 19 mei 1981). Zij was met haar ouders uit Duitsland gevlucht voor de nazi’s. Het leven van het echtpaar kwam in gevaar toen de bezetter op de hoogte kwam van de betrokkenheid van Max bij het verzet. In januari 1942 deed de SD een inval in de woning aan het Daniël Willinkplein 3 (nu Victorieplein), het huis waar Max en Solvejg woonden. Dit was ook het contactadres van Frans Goedhart en de hoofdverspreider van Het Parool, Jacob C. Melkman, en voor andere verzetsmensen. Op het moment van de inval waren Max en Solvejg echter niet thuis. Ze besloten toen om onder te duiken, elk op een ander adres. Toen Frans Goedhart was gearresteerd, gaf Max financiële steun aan zijn vrouw.

Op de avond van 9 juli 1942 deed de politie een routine-inval op het adres van Goedhart. Max was daar toevallig op bezoek en hij is die avond gearresteerd en geboeid overgebracht naar de gevangenis aan de Amstelveenseweg. Op 14 juli 1942 werd hij naar Westerbork weggevoerd.

Vanuit Westerbork stuurde Max nog een ansichtkaart naar Antje Klein, de moeder van zijn zoon Albert. Hij schreef:
Beste Anne, Haal weg D.Willinkplein 3-2, Amsterdam, Schelfhout, Zandweg boerenhuis met bos, Pieter G. van Os, winter met herten, Jacob van Loo, Bloemstilleven, Abram Govaerts, Italiaanse Bergen, B.C.Koekoek, Landschap met watermolen en boer vee Anne voor 5/9-’29. Hartelijke groeten, V.

Hiermee wilde Max, die wist wat hem te wachten stond, een erfenis in de vorm van schilderijen nalaten aan zijn zoon. 5/9-’29 verwijst naar de geboortedatum van Albert Klein. Toen de moeder van Klein in Amsterdam aankwam, was het huis aan het Daniël Willinkplein echter al leeggeroofd. Moeder en zoon bleven met lege handen achter.

Op 15 juli 1942 werd Max vanuit Westerbork met het allereerste transport naar Auschwitz gedeporteerd. Daar werd hij bij aankomst meteen vermoord, op 18 juli 1942. Marcus Frederik de Vries werd 44 jaar.


De naam van Marcus Frederik de Vries staat op de Erelijst van Gevallenen van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
Sinds 1960 ligt in de hal van ingang Binnenhof 1a van de Tweede Kamer der Staten-Generaal de Erelijst van Gevallenen 1940-1945.
Dit document bevat de namen van degenen die in de Tweede Wereldoorlog als militair of als verzetsstrijder voor het
Koninkrijk der Nederlanden zijn gevallen. Iedere dag wordt door een medewerker van de Tweede Kamer een pagina omgeslagen,
zodat voor het publiek nieuwe namen te zien zijn. Het initiatief voor registratie op de Erelijst lag voor een belangrijk
deel bij nabestaanden. Hiermee week Nederland af van andere landen, waar de overheid zich actief inzette om
gegevens van omgekomen militairen en burgers te verzamelen. Een gevolg van deze keuze is dat de lijst verre van volledig is.
Sommige nabestaanden dachten dat vermelding op deze Erelijst niet overeenkomstig de geest van de overledene was,
of beschikten niet over de juiste gegevens. Voor verificatie waren aanzienlijk minder bronnen beschikbaar dan nu het geval is.
Andere nabestaanden kenden de regeling niet.(uit: erelijst.nl)

Solvejg de Vries-Fuchs heeft tot het einde van de oorlog ondergedoken gezeten en zo de oorlog overleefd. Op 19 mei 1981 is zij in Zwitserland overleden.

In 2002 kreeg Albert Klein de kaart onder ogen die Max decennia eerder aan zijn moeder had gestuurd vanuit Westerbork. Hij vroeg Bureau Herkomst Gezocht op zoek te gaan naar de schilderijen, waarvan er drie werden teruggevonden in de Nederlandse Kunstbezitcollectie, een verzameling van ongeveer 4.500 kunstobjecten die na de oorlog uit Duitsland werden teruggehaald. Na een procedure bij de Commissie Restitutieverzoeken Cultuurgoederen en Tweede Wereldoorlog kwamen in 2004 alsnog drie schilderijen van Max terecht bij zijn zoon, die het belangrijkste stuk, het schilderij van Koekkoek, in bruikleen gaf aan Rijksmuseum Twenthe. Klein was officieel geen erfgenaam, dat was de wettelijke echtgenote van Max, Solvejg Fuchs. Het huwelijk bleef echter kinderloos en toen Solvejg overleed in 1981 liet ze alles na aan een arts in Zwitserland. Deze arts verklaarde dat hij de rechten op de zich in de rijkscollectie bevindende kunstwerken overdroeg aan Klein.

In een artikel in NRC Handelsblad van 23 januari 2019 vertelt Albert Klein:
Een schilderij van B.C. Koekkoek blijft hangen in het Twents museum. „Toen ze dat vroegen vond ik dat prima, ik heb er het huis niet voor. Dus toen gingen mijn vrouw en ik daarheen om te tekenen voor de overdracht. Ik bekijk daar andere schilderijen, en kom in een zaal. Ik zeg: ‘Dat was het lievelingsschilderij van mijn vader!’”
Klein stond op dat moment oog in oog met J. Ekels’ Haarlemmersluis en de Haringpakkerstoren te Amsterdam. Klein had ondertussen een schriftje van zijn vader in handen gekregen waarin, naast de vijf werken die genoemd werden op de briefkaart, nog twaalf werken werden vermeld. Ook is er nog een brief uit 1986 waarin Mietje Lemaire-de Vries, de zuster van Max, aan de historicus Madelon de Keizer schreef over gestolen werken. Een van de werken die ze noemde is dat van Jan Steen. Van de grote collectie schilderijen van Max was dat van Jan Steen het opvallendst. Het kwam in 1941 in zijn bezit voor 40.000 gulden, wat Kunsthandel P. de Boer in een brief aan Klein in 2009 bevestigde. In datzelfde jaar zou het schilderij zijn gestolen, bevestigden nabestaanden van Max. De aantekeningen in het schriftje en andere documenten bewezen volgens Klein en zijn advocaat dat de werken particulier bezit waren en dat er enkele daadwerkelijk gestolen waren.

Het schilderij Landschap met watermolen en veedrijvende boeren is via de volgende link te bekijken:
https://collectie.rijksmuseumtwenthe.nl/zoeken-in-de-collectie/detail/id/46d19256-caf5-5108-ba8e-bf71a6c1b5a3

Uit archieven van veilinghuis Mak van Waay in Amsterdam is gebleken dat de galerie van de man van de zus van Max, galerie Lemaire, op 22 december 1942 een schilderij ter veiling inbracht. Dat schilderij werd verkocht. Op basis van informatie van de familie is het aannemelijk dat het werk in eigendom toebehoorde aan Max, die het met nog zeven andere schilderijen had opgeslagen in de kunsthandel van zijn zwager. Het is aannemelijk dat Lemaire het schilderij verkocht ten behoeve van de vrouw van Max, die toen zat ondergedoken. Dit blijkt uit een aantekening die door de dochter van Lemaire is gemaakt bij een foto van het schilderij: Dit schilderij “Moeder bij wieg” is door mijn vader Lemaire verkocht op een veiling voor Solvejg Fuchs. Dit schilderij is bezorgd door Marcus met nog zeven andere schilderijen. Al deze schilderijen waren opgeslagen bij mijn vader, Leidschestraat no 29 te Amsterdam. In de jaren van de oorlog verkocht door Solvejg of mijn vader Lemaire”.

Uit een document gevonden op de website van YadvaShem, het Holocaust herinneringscentrum in Israël, blijkt dat Max nog een zoon had: Marinus Christiaan Pogge. Hij heeft, net als Albert Klein, als zoon een Page of Testimony ingevuld voor zijn vader Marcus Frederik de Vries. Dat deed hij in 1995, en zijn woonplaats was toen in Ierland. Ook voor zijn grootmoeder Finette de Vries - de Winter vulde hij een Page of Testimony in.

Finette was ondergedoken in Amsterdam, misschien bij haar dochter Mietje, want haar adres, Leidschestraat 29, staat op de Joodse Raadkaart van Finette. Zij zal verraden zijn, want op 29 juni 1943 kwam zij aan in Westerbork, waar ze in barak 67 zat, de strafbarak. Onderduiken was strafbaar, vandaar. Haar schoonzoon M.L.J. Lemaire heeft nog op 30 juni 1943 geprobeerd een uitreisvisum voor haar te krijgen, door 30.000 gulden te betalen. De helft van dit bedrag was afkomstig van geld dat hij van zijn toen reeds overleden zwager Max in bewaring had. Een kleindochter van Lemaire heeft later verklaard dat er een schilderij werd verkocht om dit bedrag bij elkaar te krijgen.

Uit een lijst die gevonden is op de website van de Souza Mendes Foundation blijkt dat Finette en haar zoon Josef met zijn vrouw Ettel en hun twee (?) kinderen al op 18 mei 1940 een visum hadden gekregen voor Portugal. Kennelijk is Finette niet gegaan; waarschijnlijk is Josef met zijn gezin op tijd via Portugal naar elders gevlucht en hebben zij de oorlog overleefd. Een dochter overleed in 2015 in Sydney, Australië.

uit: https://sousamendesfoundation.org/family/de-vries

Aristide de Sousa Mendes do Amaral e Abranches was een held uit de Tweede Wereldoorlog. Hij was consul voor Portugal in Bordeaux. In mei en juni 1940 heeft hij duizenden mensen die de nazis probeerden te ontvluchten geholpen aan een visum voor Portugal, vanwaar ze in vrijheid naar andere delen van de wereld konden ontkomen.

Voor zijn verzetsdaden is hij ernstig gestraft door president Salazar van Portugal. Hij verloor zijn functie en mocht niet meer werken. Hij had 15 kinderen, die niet naar universiteiten konden en geen banen kregen. Op deze manier werd een zeer gerespecteerde familie totaal de vernieling in geholpen.
In 1966 werd zijn naam gezuiverd door Israël, waar hij de onderscheiding Rechtvaardige onder de Volkeren kreeg. Later werd in Portugal de familie in ere hersteld.

Voor Finette had het allemaal niet mogen baten. Op dezelfde dag dat ze aankwam in Westerbork, werd ze op transport gesteld naar Sobibor. Bij aankomst op 2 juli 1943 werd ze meteen vermoord. Finette de Vries - de Winter werd 77 jaar.

Finette de Vries - de Winter (Collectie HcKW)

Max met zijn moeder (1937) (bron: https://prod.jck.hubs.delving.org/page/aggregation/jhm-foto/F012741)

 

*1: Ouders, broers en zus van de vader van Max, Frederik de Vries:
Josef Jakobs de Vries (Ruinen 15/1/1821 - Dwingeloo 19/6/1876) X Jetje Salomons Cohen (Groningen 17/10/1824 - Meppel 22/2/1904)


 

 

 


Familiebericht. "Nieuw Israelietisch weekblad". Amsterdam, 26-02-1904, p. 6. Geraadpleegd op Delpher op 16-06-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010871691:mpeg21:p006

● Benjamin de Vries (Dwingeloo 29/3/1857 - Meppel 7/12/1935) X Geziena Elshof (Kloosterveen 26/1/1864 - Enschede 2/9/1903)

➢ Josef de Vries (Dwingeloo 28/2/1890 - Auschwitz 8/10/1942) X Berni Löwenstein (Bantein Dld 7/12/1895 - Auschwitz 8/10/1942). Zij hadden een dochter Ellen de Vries (Meppel 12/5/1934 - Auschwitz 8/10/1942)
➢ Klaartje de Vries (Dwingeloo 2/10/1891 - Auschwitz 22/10/1942) X David Gosschalk (Deventer 8/8/1881 - Auschwitz 22/10/1942)
➢ Jetje de Vries (Dwingeloo 18/2/1893 - Sobibor 28/5/1943)
➢ Hermina de Vries (Dwingeloo 19/5/1895 - Auschwitz 27/11/1942) X Dagoberd ten Brink (Denekamp 21/9/1888 - Auschwitz 27/11/1942)
➢ Betje de Vries (Dwingeloo 25/12/1896 - Auschwitz 8/10/1942)
➢ Herman de Vries (Dwingeloo 2/12/1898 - ?)
➢ Salomon de Vries (Dwingeloo 29/10/1900 - ?)
➢ Vroukje de Vries (Dwingeloo 28/2/1903 - Auschwitz 8/10/1942) X Adolf Klein (Musselkanaal 24/9/1901 - Auschwitz 28/2/1943)
● Betje de Vries (Dwingeloo 11/10/1862 - Meppel 13/1/1934) X Wolf Zaligman (Dwingeloo 26/12/1852 - Meppel 11/11/1918)
➢ Jozef Zaligman (Dwingeloo 11/7/1889 - Auschwitz 5/11/1942) X Bertha van de Rhoer (Meppel 2/1/1893 - Auschwitz 5/11/1942). Zij hadden een zoon Wolf Jacob Zaligman (Meppel 6/12/1929 - Auschwitz 5/11/1942)
➢ Mientje Zaligman (Dwingeloo 2/5/1893 - Auschwitz 5/11/1942)
➢ Jetje Zaligman (Dwingeloo 14/6/1901 - Auschwitz 5/11/1942)
● Gerson de Vries (Dwingeloo 14/5/1865 - Sobibor 14/5/1943) X Sophia Pool (Hengelo 10/9/1869 - Amsterdam 26/10/1940)
➢ Nathan de Vries (Hengelo 10/4/1890 - Sobibor 7/5/1943) X Elisabeth Slijper (Amsterdam 15/8/1900 - Sobibor 7/5/1943). Zij hadden een dochter Hetty de Vries (Rüstringen Dld 15/12/1921 - Auschwitz 3/9/1943) X Horst Wilhelm Klausner (Berlijn 27/6/1915 - Sobibor 16/7/1943)
➢ Henri Martin de Vries (Hengelo 27/11/1893 - Amsterdam 28/4/1955) X Anne Knol (Amsterdam 7/12/1912 - 24/6/1978)
➢ Justus de Vries (Hengelo 16/11/1903 - Amsterdam 22/9/1976) X Lisel Augusta Sternberg (Luxemburg 25/6/1915 - Amsterdam 10/2/1960). Zij hadden twee kinderen: Andrée Marjolijntje de Vries (22/11/1937 - 30/8/2007) en Guy Theodoor de Vries (Jakarta 2/7/1940 - Amsterdam 15/1/2017)
● Jacob de Vries (?) X Hermina Wijzig (?)
● S. de Vries (?) X P. Keijzer (?)

*2: Ouders, zus en broers van de moeder van Max, Finette de Winter:
Marcus Mordechai de Winter (Gendringen 18/2/1821 - Zutphen 21/71907) X Mietje Mendels (Amersfoort 27/6/1821 - Zutphen 27/7/1900)
● Sophia de Winter (Zutphen 5/8/1853 - Haarlem 25/3/1920) X Benjamin Gomperts (Winterswijk 30/4/1855 - Haarlem 12/5/1927)
➢ Jacob Gomperts (Haarlem 10/12/1883 - 21/8/1917)
➢ Marcus Gomperts (Haarlem 27/1/1885 - Sobibor 13/3/1943) X Evelina Weinberg (Groningen 23/7/1891 - Sobibor 13/3/1943)
➢ Henriette Gomperts (Haarlem 24/1/1886 - 22/5/1887)
➢ Mietje Henriette Gomperts (Hetty) (Haarlem 14/5/1891 - Auschwitz 14/9/1942) X Juda Louis Halevi de Winter (Zutphen 19/7/1885 - Arnhem 31/1/1968). Zij hadden twee kinderen: Henriette (Hetty) de Winter (Amsterdam 12/4/1913 - Deventer 5/12/1996) X Philip Lezer (Assen 15/2/1909 - Deventer 28/2/1971) en Max Salomon de Winter (Nijmegen 19/5/1920 - Oss 8/3/2012) X Rachel Reina Francken (Amsterdam 11/1/1922- Europa 29/1/1945) en Bertien Yvonne Meijer (Rotterdam 17/7/1920 - maart 2015). Met haar had de Winter een zoon: Harry de Winter (Oss 22/5/1949 - Amsterdam 7/3/2023) https://nl.wikipedia.org/wiki/Harry_de_Winter
➢ Izaak Emanuel Gomperts (Haarlem 12/8/1893 - Europa 31/3/1944) X Bernardina de Solla (Amsterdam 5/8/1888 - Auschwitz 27/11/1942). Zij hadden drie zonen: Benjamin Jacques Gomperts (Haarlem 5/4/1920 - Arnhem 8/1/1926), Jacques Gomperts (Zandvoort 5/7/1922 - Arnhem 14/11/1941) en Marcus Gomperts (Haarlem 9/1/1926 - Europa 31/3/1944)
➢ Max Gomperts (?)
➢ Ies Gomperts (?)
● Emanuel de Winter (Zutphen 29/11/1854 - Amsterdam 20/1/1934) X Elies (Elsken) Gomperts (Winterswijk 5/11/1852 - Amsterdam 3/4/1941)
➢ Mietje (Marie) de Winter (Amsterdam 30/11/1886 - Auschwitz 6/9/1944) X Ruben Meijer (Borculo 6/4/1874 - Auschwitz 6/9/1944). Zij hadden twee kinderen: 1. Philippine Meijer (Amsterdam 8/10/1907 - Auschwitz 3/9/1942) X Adolf Odewald (Appingedam 28/2/1902 - Blechhammer 21/1/1945). Zij hadden een zoon Herman Rudolf Odewald (Amsterdam 19/10/1933 - Auschwitz 11/2/1944) en 2. Ella Meijer (Amsterdam 31/7/1911 - Blaricum 8/6/1997) X Kurt Schöndorff (Essen Dld 8/4/1908 - Auschwitz 5/3/1944) en Edgar Weinberg (Breslau 11/6/1910 - Blaricum 21/2/1994)
➢ Max de Winter (?)
➢ Jacques de Winter (?)
● Salomon de Winter (Zutphen 25/8/1857 - Zutphen 9/4/1943) X Judik van Esso (Meppel 15/12/1853 - Zutphen 21/3/1928)
➢ Marcus de Winter (Zutphen 28/5/1884 - Woerden 4/11/1948) X Helena Gast (Groningen 23/11/1891 - 1977). Zij hadden een dochter: Henriëtte (Jetty) de Winter (Zutphen 31/8/1912 - Kfar Saba 28/4/1981) X David Levison (Zutphen 15/10/1906 - Kfar Saba 22/2/1889)
➢ Juda Louis Halevi de Winter (Zutphen 1971885 - Arnhem 31/1/1968) X Mietje Henriette Gomperts (Haarlem 14/5/1891 - Auschwitz 14/9/1942) Zij waren neef en nicht. Zij hadden twee kinderen: Henriette (Hetty) de Winter (Amsterdam 12/4/1913 - Deventer 5/12/1996) X Philip Lezer (Assen 15/2/1909 - Deventer 28/2/1971) en Max Salomon de Winter (Nijmegen 19/5/1920 - Oss 8/3/2012) X Rachel Reina Francken (Amsterdam 11/1/1922- Europa 29/1/1945) en Bertien Yvonne Meijer (Rotterdam 17/7/1920 - maart 2015). Met haar had de Winter een zoon: Harry de Winter (Oss 22/5/1949 - Amsterdam 7/3/2023) https://nl.wikipedia.org/wiki/Harry_de_Winter
➢ Emanuel de Winter (Zutphen 21/6/1889 - Auschwitz 6/9/1944) X Roeschen (Roosje) Levy (9/6/1906 - Amstelveen 18/9/1985). Zij hadden een dochter: Judith de Winter (27/10/1928 - Amstelveen 11/8/2019) X Kurt Rudolph Bram Salomon (Hamburg 1/10/1926 - Amstelveen 9/3/2015)
➢ Leentje de Winter (Zutphen sept. 1891 - 31/7/1892)
➢ Ferdinand de Winter (Zutphen 10/6/1894 - Sobibor 23/7/1943) X Frederika Isadora Aptroot (Londen 9/5/1907 - Sobibor 23/7/1943). Zij hadden twee kinderen: Sally de Winter (Zutphen 26/3/1929 - Sobibor 23/7/1943) en Jo de Winter (Zutphen 24/9/1932 - Sobibor 23/7/1943)
*3: broer en zussen van Marcus Frederik (Max) de Vries:
● Mietje (Marie) de Vries (Leek 9/11/1887 - Amsterdam 26/10/1986) X Matthias Ludovicus Joannes Lemaire (Utrecht 28/4/1891 - Amsterdam 13/3/1979)
➢ Therèse (Trees) Lemaire (Amsterdam 15/1/1919 - 10/12/1998) https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Lemaire

➢ Frederik Louis (Frits) Lemaire (Amsterdam 7/3/1921 - 28/12/2005) X Rachelle (Elly) de Bruin (Amsterdam 20/1/1931 - 18/7/2006). Zij hadden drie kinderen, Marina, Louis Simon en Finette Lemaire.


Familiebericht. "Het Parool". Amsterdam, 14-03-1979. Geraadpleegd op Delpher op 16-06-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010841118:mpeg21:p016


Melanesische kunst in Rotterdam te zien. "Het Parool". Amsterdam, 12-05-1951. Geraadpleegd op Delpher op 16-06-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010831081:mpeg21:p004


Advertentie. "De Volkskrant". 's-Hertogenbosch, 10-08-1951. Geraadpleegd op Delpher op 16-06-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010843038:mpeg21:p004


Unieke oude, nieuwe galeries. "Het Parool". Amsterdam, 18-04-1979. Geraadpleegd op Delpher op 16-06-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010840640:mpeg21:p006

● Jetje Josephine de Vries (Harderwijk 23/8/1890 - 12/2/1892)
● Josef de Vries (Harderwijk 9/2/1895 - ?) X Ettel Seiden ( 8/7/1898 Rzeszow, Oostenrijk - ?) Zij trouwden in Amsterdam op 22 januari 1918 en wisten met hun twee (?) kinderen via Portugal naar het buitenland te ontkomen. Een van de kinderen was Ethel de Vries (Amsterdam 13/3/1930 - Sydney 10/9/2015)

Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Oosthalen 8, 9414TG Hooghalen
  • Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.