Lina Dalsheim

Lina Jacoba Dalsheim werd op 16 mei 1923 in Borger geboren. Haar vader was Filippus Dalsheim, haar moeder Vrouwkje Dalsheim-Stern. Ze had een zusje Jacoba en twee broers: Herman en Berthold.

Lina Dalsheim

Voornaam
Lina Jacoba
Achternaam
Dalsheim
Geboortedatum
16 mei 1923
Geboorteplaats
Borger
Sterfdatum
03 september 1943
Sterfplaats
Auschwitz

 Lina verhuisde op 2 januari 1942 naar Apeldoorn, Zutphensestraat 106. Daar ging ze in de Joods psychiatrische inrichting Het Apeldoornsche Bosch werken als verpleegster.

            Lina (midden met fotobox) en collega's, winter 1941-1942

De dagen waren heel druk. In brieven aan haar vriendin Greet in Borger schreef Lina dat dat soms lastig was, want dan had je geen tijd meer om te leren voor de cursussen die je moest volgen om verpleegster te worden.

             Lina (links) en Greet

Als leerling-verpleegster in Het Apeldoornsche Bosch deed Lina het erg goed, ze was telkens de beste bij de examens. Ook was er tijd voor ontspanning is te lezen in een brief van 19 januari 1942:

‘Ik heb gisteren een pakje van thuis gekregen en wel met 2 nieuwe jurken. Een prachtig lichtblauwe zijen en een nachtblauwe met een wit kringetje. Hoe staat het leven in Borger? Bij mij gaat het goed hoor. Zondagmiddag zijn we met 4 jongens en meisje de bossen in geweest. Eén had een banjo bij zich. We hebben het echt gezellig gehad.’

Halverwege september werd Lina overgeplaatst naar afdeling G. Dat was de zwaarste afdeling van Het Apeldoornsche Bosch met de drukste mensen. Aan het begin vond ze dat nog heel moeilijk, maar later was ze gewend. Ze moest daar iets strenger zijn voor de mensen. In die tijd was het voor Joden heel moeilijk om een reisvergunning te krijgen. Voor nieuws uit Borger was Lina dus vooral aangewezen op brieven. Lina woonde sinds september 1942 op één kamer met Claartje van Aals uit Utrecht.               

          Lina in Apeldoorn

Samen met Claartje volgde ze elke woensdag een cursus bij dokter van der Wal. Daar leerde ze te zien welke ziekte een patiënt bij bepaalde symptomen had. Op 2 oktober 1942 werd de moeder van Lina met Jacoba, Berthold en Herman weggevoerd naar Westerbork. Haar vader was op dat moment al in een Joods werkkamp en kwam in diezelfde periode ook in Westerbork terecht. Toen Lina hierover hoorde schreef ze op 6 oktober 1942 aan Greet:

Je weet natuurlijk al dat Mam, Coba, Herman en Bé vrijdagnacht naar Westerbork zijn vertrokken. Zaterdag en zondag ben ik vrij geweest, toen ik dan zaterdag om 1 uur aan tafel ging, hoorde ik dat ze op een beestachtige wijze aan het oppikken waren geweest. Direct heb ik een telegram weggestuurd, om 7 uur ’s avonds kreeg ik bericht van het postkantoor in Apeldoorn dat ze vrijdagnacht waren vertrokken. Wat kon ik doen, NIETS, je staat helemaal machteloos.’ …. ‘Maandagmorgen kreeg ik een briefkaart van Pap dat ook hij naar W. was. Ja, dan is het maar beter dat ze samen zijn. Direct heb ik een expres naar Westerbork geschreven, dat was alles wat ik kon doen.’ …. ‘Ja, nu ben ik alleen en natuurlijk kom ik nu niet weer in Borger zolang er oorlog is. Jammer hè, misschien is het ook wel goed, want dan zie je steeds het huis en al die herinneringen, daar ga je toch maar kapot van. Dit is geen opgewekte brief hè, ik kan nog niet hoor, later misschien wel. Kun je me schrijven wat ze nu met het huis gedaan hebben en of alles er nog staat.’

Haar ouders, zus en broertjes, overleefden de oorlog niet.

Ze schreef dat ze op transport ging en dat ze een takje Drentse heide met zich mee zou nemen.


 

Op 13 oktober 1942 moesten de verpleegsters van het Apeldoornsche Bosch naar Amsterdam. Een gedeelte zou dan een stempel op het persoonsbewijs krijgen voor vrijstelling van deportatie. In oktober 1942 werden een paar verplegers weggevoerd naar Westerbork. Dat zorgde voor onrust onder het personeel. Lina durfde in haar brieven nu geen tot ziens meer te zeggen, door de angst dat ze zelf ook weggevoerd zou kunnen gaan worden.

Lina was in december 1942 nog steeds in Het Apeldoornsche Bosch en moest wachten draaien. Als je loopwacht had, moest je voor eten zorgen zodat de mensen die ook op zijn rond 1 uur konden eten. Dat zorgde voor een beetje afleiding. Eind december gingen de geruchten alweer rond dat alle mensen uit Het Apeldoornsche Bosch weg moesten en dat het Departement van Oorlog zich op het Apeldoonsche Bosch zou vestigen. Er kwamen af en toe ook mensen uit kamp Westerbork naar Het Apeldoornsche Bosch die daar als patiënt werden opgenomen.

Wat Lina nu nog moed gaf was haar motto: afwachten is het beste recept. Ondanks alle spanningen had Lina plezier in haar werk en kon ze het goed vinden met zuster Nieweg, haar hoofdverpleegster. Op 25 januari 1943 is Lina uit het Apeldoornsche Bosch naar Westerbork gebracht. Ook uit kamp Westerbork schreef ze nog enkele brieven: ze brengt haar tijd daar vooral door in barak H, dat is het ziekenhuis in Westerbork.

         Briefkaart aan Greet uit Westerbork

Als verpleegster werkte Lina in dit ziekenhuis. Ze schreef op 24 mei 1943 aan haar vriendin Greet: ‘Vijf meisjes van het AB en ik komen in een klein kamertje, mieters joh, waar je al niet tevreden mee bent hè, denk maar aan een vies stookhok, dan weet je het wel. Ik denk wel dat ik hier een poosje kan blijven, want ze zijn wel tevreden over mij: Ik ben blokhoofd over 50 mensen en doe alle bijzonderheden, maak met de dokter visite en geef injecties.’

Op 31 augustus 1943 is ze vanuit Westerbork met vele anderen naar Auschwitz gedeporteerd. Het laatste levensteken van Lina was een briefkaart aan Greet in juli 1943. Ze schreef dat ze op transport ging en dat ze een takje Drentse heide met zich mee zou nemen. Op 3 september 1943 is ze daar vermoord.

         
            Monument in Borger met de namen van de familie Dalsheim

Lina Dalsheim is 20 jaar geworden.

Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Oosthalen 8, 9414TG Hooghalen
  • Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.