Julianna Israel werd in Trier geboren op 2 september 1887. Zij trouwt in die stad op 4 maart 1909 met Sally Schoemann. Ze woont in de omgeving van Trier en krijgt twee zoons. De tweede zoon, Gerhard, overlijdt in 1927 op zevenjarige leeftijd. Zoon Walter woont zijn leven lang bij zijn ouders. Moeder en zoon zullen vast een hechte band gehad hebben.
Julianna Schoemann-Israel
- Voornaam
- Julianna
- Achternaam
- Schoemann-Israel
- Geboortedatum
- 02 september 1887
- Geboorteplaats
- Trier
- Sterfdatum
- 07 mei 1943
- Sterfplaats
- Sobibor
Julianna had zeker ook een hechte band met haar zus Bertha, die met Siegmund Nathan, een slager uit Emmerich getrouwd was. Toen Julianna in 1938 met haar gezin definitief vluchtte naar het Zuid-Limburgse Rimburg, Ubach over Worms, vluchtte ook haar zus Bertha met echtgenoot Siegmund Nathan naar diezelfde plaats. En omdat haar zus geen kinderen had en de verdere families over de Atlantische Oceaan geëmigreerd waren, zullen de zussen vast veel steun bij elkaar gezocht en gevonden hebben.
Het zal haar plezier gedaan hebben dat haar zoon Walter en haar zwager Siegmund Nathan een bouwproject hadden aan de Burgemeester Waszinkstraat 73 in Heerlen. Zij gingen daar na oplevering niet zelf wonen en dus kun je aannemen dat zij redelijk gelukkig was in het kleine buurtschapje Rimburg. Ze had dagelijkse aanloop. De overburen Nickel verbouwden aardappels en groenten in hun achtertuin, en een zoon van die overburen kwam dagelijks oefenen op de piano van de familie Schoemann. Mia Rutten woonde ook tegenover en herinnert zich (januari 2014) dat ze bij Schoemann in huis ging spelen. ‘Mevrouw was klein en niet dik. Een erg lieve vrouw`. Julianna´s wereldje was klein, maar redelijk gelukkig in een onrustige tijd.
Je kunt aannemen dat zij redelijk gelukkig was in het kleine buurtschapje Rimburg.
Vier maanden later op 24 augustus krijgen Juliana en haar gezin een aangetekende oproep om zich op 25 augustus te melden in Maastricht bij de school aan de Prof. P. Willemsstraat. Op 26 augustus komen ze aan in Westerbork. Ze worden ‘zurückgestellt’ door tussenkomst van Joodse Raadmedewerker Pappenheim, die ook afkomstig was uit Trier. Ze gaan daarom niet al de volgende dag op transport richting Duitsland of verder. Zij wordt ondergebracht in barak 43. Julianna zal vast gebruik gemaakt hebben van de mogelijkheid om op schrijfdag contact te maken per post met haar zus Bertha Nathan. Op 12 november 1942 ziet ze haar zus en zwager weer. Zij zijn namelijk op 10 november gearresteerd en komen met een laatste groot transport Joodse Limburgers in Westerbork aan. Limburg is daarmee ‘Judenfrei’.
De ontmoeting zal vast heel emotioneel zijn geweest. Julianna verhuist op 13 november naar barak 55. Enkele dagen later, op 16 november, moet ze alweer afscheid nemen van haar zus en zwager als die op transport gaan naar het Oosten. Na ruim 8 maanden van kampleven, vertrekt op 4 mei 1943 opnieuw een transport met deze keer ook Julianna en haar man. Zoon Walter blijft achter. Drie dagen later worden Julianna en haar man vermoord in Sobibor. Twee weken later, op 21 mei 1943, vindt Walter eveneens de dood in Sobibor.