Jeanette (Netty) Boers werd op 10 december 1911 in Arnhem geboren. Ze was getrouwd met de Arnhemse musicus Frits Schrijver. Frits Schrijver was violist bij de Arnhemse Orkest Vereniging en speelde altsaxofoon in dansorkestjes. Het echtpaar woonde aan de Dullertstraat 6 in Arnhem. Ze hadden geen kinderen.

Jeannette Schrijver-Boers

Op een gegeven moment kreeg Netty een verhouding met Frits Gies, als juridisch adviseur betrokken bij het NVV, bij het Centraal Bureau voor Arbeidsrecht en aan de Federatie voor Woningbouwverenigingen voor Haarlem en omstreken. Frits Gies was echter getrouwd en woonde met vrouw en kinderen in Zutphen. In de oorlog verhuisde Netty naar Amsterdam, waar ze alleen op een kamer kwam te wonen. Netty leefde onder de schuilnaam Netty Hessels. Haar echtgenoot dook onder.

In deze periode koos Frits Gies definitief voor haar en trok bij haar in. Frits Gies werd door de Duitsers gezocht, omdat hij hoewel Joods ook actief bij het verzet betrokken was. Netty wilde haar kamer in Amsterdam verlaten voor een veiliger plek. Frits vertrok de avond tevoren, Netty zou de volgende ochtend ook weggaan. Die ochtend werd ze echter meegenomen.

De Duitsers die haar meenamen, kwamen eigenlijk voor Frits. Ze namen haar mee naar Den Haag waar ze werd verhoord. Haar valse identiteit zou ervoor gezorgd hebben dat ze na een paar dagen zou worden vrijgelaten, maar ze werd verraden. Ze kreeg het aanbod om zonder ster te worden vrijgelaten, als ze de verblijfplaats van Frits zou doorgeven, maar haar antwoord was: 'Nooit!'

Netty werd naar kamp Westerbork gebracht. Vlak voor haar deportatie schreef ze de volgende briefkaart:

Kamp Westerbork, september 1943. Maandagavond, Lieve Ali, Vannacht drie uur valt de beslissing of ik doorgestuurd zal worden, ja of neen. Ik ben echter op het ergste voorbereid en voel, dat ik erbij ben. Dan worden de namen opgeroepen en moet je je gereedhouden. Ik ben vol goede moed; ik wil en zal terugkeeren, om dan weer samen met Frits verder te leven. Hij is geen minuut mijn gedachten uit. Jammer, dat ik hem niet schrijven kan. Mocht jij soms nog iets van hem hooren, zeg dan, dat hij sterk moet zijn, dat zou mij zoo’n troost geven. Jammer, dat ik er in ben gerold, hè Ali, het was zoo mooi! Enfin, het noodlot. Ik maak niemand verwijt. Ik ben vol optimisme, dat had je niet verwacht, hè. Ans is bij me en we hebben veel steun aan elkaar. Ik kreeg van (…) broers alles toegestuurd, waarvoor ik hun geweldig dankbaar ben. Ik dank je Ali voor alles wat je voor mij gedaan hebt en hoop je gauw weer terug te zien. Wees sterk en vol goede moed. Ik ben het ook. Bid en denk aan me. Veel liefs. Je Netty

De volgende dag volgde transport naar Auschwitz. Op 30 november 1943 kwam ze in Auschwitz om het leven.

Haar man Frits Schrijver overleed op 14 januari 1945 in Velp. Volgens het Digitaal Monument Joodse Gemeenschap in Nederland is Frits met zes anderen bij de Emmapyramide gefusilleerd. De slachtoffers werden ervan beticht dat zij uit het keukenvertrek van de Rotterdamsche Bank in Velp, waarin zij gevangen werden gehouden, hadden willen proberen te vluchten.

Frits Gies overleefde de oorlog.