Mathilda van Gelder-Rubens

Op 21 mei 1937 bericht het Nieuw Israelietisch weekblad het volgende:

“Tot slot hield mevr. M. v. Gelder-Rubens een causerie over ‘Vrouwenwerk in en buiten Palestina’, welke interessante causerie door de dames met aandacht werd gevolgd. Het leeuwenaandeel van het verbreiden van een Joodsche levensbeschouwing berust bij de vrouw, wier taak het is in haar huis de Joodsche sfeer te brengen, zoodat het jonge geslacht zich onverbreekbaar verbonden voelt met Palestina; één met Thora, volk en land.”

Mathilda van Gelder-Rubens

Voornaam
Mathilda
Achternaam
van Gelder-Rubens
Geboortedatum
13 juni 1904
Geboorteplaats
Amsterdam
Sterfdatum
23 juli 1943
Sterfplaats
Sobibor

Mathilda van Gelder-Rubens wordt geregeld genoemd in het blad 'Kolenoe', een tijdschrift voor bewust-joodse vrouwen. Ze hield blijkbaar vaker causerieën, ook een thema waarover ze sprak was: ‘Romantiek en werkelijkheid. En ze hield breimiddagen bij haar thuis aan de Moucheronstraat te Den Haag.

1936

1938

Mathilda van Gelder-Rubens is geboren op 14 juni 1904 te Amsterdam. Ze was de dochter van diamanthandelaar Ruben Rubens (1863-1937) en Abigael (Elisabeth) Rubens-de Miranda (1873-1941). Mathilda was de oudste van de vier dochters in dit gezin. Na haar kwamen Judith (1909), Celine (1910) en. Estella (1912).

De zusters Rubens: Mathilda, Judith, Estella en Celine. Foto: privé-collectie

Mathilda was fröbelonderwijzeres. Een foto uit het Nieuw Israelietisch weekblad uit 1965 heeft als onderschrift:

Dit is een foto van een van de klasjes van de ‘Eerste Joodse Kleuterschool’ in de Rapenburgstraat in Amsterdam. Het is de klas van Tilly Rubens. Zij is zelf niet meer in leven (ze trouwde met Jacques van Gelder, een zoon van rabbijn Van Gelder in Den Haag). Hoewel ik vrees van niet, zijn misschien nog leerlingetjes overgebleven. De school heette vroeger ‘Bewaarschool voor Nederlandsch Israëlische Minvermogenden’. In de volksmond: ‘de duizend kinderen school’. U ziet een kind met een muts op en een wit jurkje; dit kind had een z.g. ‘zeer hoofd’ en droeg een ‘kapje’.
U ziet de kinderen hier op hun mooist uitgedost; want ze gingen op de foto, een gebeurtenis van belang. Het geheel is genomen in de ‘tuin’ van een troosteloos stukje zand, de enige recreatiemogelijkheid voor de kleuters. De wand op de foto grenst aan de Rapenburgerstraat; het ‘voeteneind’ aan het water van de Oude Schans! Ratten!

Op 24 juli 1931 trouwde Mathilda in Den Haag met Jacques van Gelder. Jacques is in 1931 genoemd als handelsreiziger en later als adjunct-secretaris Nederlands Israelitisch Armbestuur en als administrateur. Mathilda en Jacques gingen wonen aan de Moucheronstraat 56 in Den Haag. De jongste zus van Mathilda, Estella Klein-Rubens, woonde met haar man en twee kinderen in dezelfde straat, op nummer 38.

Jacques van Gelder is geboren op 6 juni 1902 in Den Haag. Hij was de zoon van rabbijn Izak van Gelder (1872-Sobibor 1943) en Lea van Gelder-Coster (1872-Sobibor 1943). Jacques kwam uit een gezin van 8 kinderen, hij was de een na oudste. Van de broers en zussen van Jacques zouden slechts vier de oorlog overleven.
Mathilda en Jacques kregen twee zonen. De oudste, Ruben Chizkiah werd geboren op 13 januari 1937 en Jitschak Nechemjah op 28 april 1939, beiden in Den Haag.

Mathilda van Gelder-Rubens wordt geregeld genoemd in het blad 'Kolenoe', een tijdschrift voor bewust-joodse vrouwen.

Ondanks dat Jacques en Mathilda beiden een Sperre hadden, (Mathilda had een functie als controleuse van de Controle Commissie van de Joodse Raad), werd het gezin gedeporteerd naar kamp Vught. Waarschijnlijk was dit op 22 april 1943. Ook Mathilda’s zus Estella en haar twee kinderen werden opgepakt. Estella’s man Izak was al in 1941 overleden.

De barakken van kamp Vught waren overvol. Er heersten besmettelijke ziekten, er was gebrek aan voedsel en de hygiëne was slecht.
Jitschak, de jongste zoon van Mathilda en Jacques, werd ziek. Hij overleed op 19 mei 1943, om 15:30 uur in de middag. Als doodsoorzaak staat genoteerd: ‘hart- en bloedsomloopzwakte bij roodvonk’. Jitschak is 2 jaar geworden.

Op 29 mei 1943, tien dagen na de dood van hun zoontje, werd Jacques tewerkgesteld in het buitencommando Moerdijk.

De chaos in de barakken was de Duitse SS-leiding van kamp Vught een doorn in het oog. Op 5 juni 1943 werd bekendgemaakt dat alle kinderen het kamp moesten verlaten. De volgende dag al de kinderen van 0 tot 3 jaar met hun moeders en een dag later de kinderen van 4 tot 16 jaar met een van beide ouders.
Dat bericht veroorzaakte paniek en ontzetting in kamp Vught. Veel vaders konden niet eens afscheid nemen omdat ze te werk waren gesteld buiten het kamp. Kinderen vanaf 16 jaar bleven vaak alleen achter.

Proclamatie Kindertransport Kamp Vught. Bron: joodsekindereninkampvught.nl

Mathilda, haar zoon Ruben en haar zus Estella en haar twee kinderen zaten op het transport van 7 juni 1943. Ze werden op 8 juni 1943 ingeschreven in kamp Westerbork.
Vrijwel alle uit Vught aangekomen kinderen en ouders werden direct doorgestuurd naar Sobibor op 8 juni 1943, met uitzondering van de zieken.

Waarschijnlijk was een van de kinderen van Mathilda of Estella bij aankomst ziek, want zij bleven nog een ruime maand in het kamp.

Op 3 juli 1943 kwam Jacques ook in kamp Westerbork, samen met een grote groep mannen. Jacques werd ondergebracht in barak 60.

Jacques, Mathilda en Ruben gingen uiteindelijk op 20 juli 1943 op transport naar Sobibor. Ook Estella en haar twee kinderen moesten mee met deze trein.
Bijna alle 2209 gedeporteerden werden bij aankomst, op 23 juli 1943 vermoord, zo ook Mathilda, Jacques en Ruben.
Mathilda was toen 39, Jacques 41 en Ruben 6 jaar oud.

Transportlijst Mathilda en Estella: Westerbork- Sobibor, 20 juli 1943.

Monument der verloren kinderen. Kamp Vught (Wikipedia)

Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Oosthalen 8, 9414TG Hooghalen
  • Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.