Harm Molenkamp

Harm Molenkamp was één van de zeventien mannen die op 12 oktober 1944 door de Duitsers werd geëxecuteerd in kamp Westerbork. Harm was zeer actief in het verzet, had landelijk veel contacten en was contactpersoon voor de LO Groningen. Hij zorgde voor onderduikadressen, was betrokken bij overvallen op distributiekantoren en de verspreiding van bonkaarten. Molenkamp moest na een overval op een distributiekantoor onderduiken en werd door Duitse soldaten ontdekt in een hol waar hij verbleef. Na verhoor in Groningen werd hij doodgeschoten in kamp Westerbork. Sjoerd Post schreef over hem dit verzetsportret.

Harm Molenkamp

Voornaam
Harm
Achternaam
Molenkamp
Geboortedatum
29 januari 1921
Geboorteplaats
't Zandt
Sterfdatum
12 oktober 1944
Sterfplaats
kamp Westerbork

Harm Molenkamp werd op 29 januari 1921 in ’t Zandt geboren als zoon van Jan Molenkamp en Frouke Olthof. Molenkamp was werkzaam als boekhouder. In de oorlogsjaren woonde hij in Eenum in de Eemsdelta. Op zijn verzetskaart staat vermeld dat zijn schuilnaam Anne was. Hij vervulde een brugfunctie tussen de diverse verzetsgroepen en was in een groot deel van de provincie Groningen actief.



Kraak distributiekantoren
Molenkamp had via de groep ‘Oom Henk’ contact met de groep Zijlema. Hij kreeg van deze groep een nieuw persoonsbewijs. Harm Molenkamp was betrokken bij de overvallen op de distributiekantoren in ’t Zand en Slochteren. Na deze laatste kraak moest hij zich verschuilen in een onderduikhol in Anloo. Hij werd daar op 29 september 1944 bij toeval ontdekt door een groep van 200 Duitse soldaten die op een heideveld in het Evertsbos bezig waren met een oefening. In het hol bivakkeerden acht verzetsstrijders. Doordat zij iemand op de uitkijk hadden staan konden de mannen wegrennen, ieder een andere kant op, zoals was afgesproken. De Duitsers wisten drie vluchters in het bos te pakken. Dat waren Harm Molenkamp, Jacob Bruggema uit Veendam en Gerard Oosting uit Haren. Een andere vluchter was Pieter Schreuder. Hij werd door twee koeriersters rennend op een zandpad aangetroffen. De vrouwen brachten Schreuder naar een landhuisje daar in de buurt. De eigenaar, Everhard Everts, stuurde Schreuder meteen weer weg omdat hij er van uit ging dat de Duitsers bij hem zouden komen kijken. Schreuder is er in geslaagd uit handen van de Duitsers te blijven, maar werd uiteindelijk in februari 1945 door verraad op zijn onderduikadres in Hoogkerk door de Duitsers opgepakt.

Met 16 andere mannen werd Harm Molenkamp op 12 oktober 1944 bij kamp Westerbork geëxecuteerd.

Naar Scholtenhuis
Molenkamp, Bruggema en Oosting werden overgebracht naar het beruchte Scholtenhuis in Groningen. Na dagenlange verhoren en martelingen werden ze doorgestuurd naar kamp Westerbork. Op 12 oktober 1944 werden ze vlakbij het crematorium doodgeschoten.

                                                    Overlijdensakte Harm Molenkamp

Hun stoffelijke overschotten werden door twee Joodse gevangenen gecremeerd. Zij bewaarden de persoonlijke zaken van de mannen en begroeven die achter het crematorium. Aan de binnenkant van een deur in het crematorium noteerden ze het aantal doodgeschoten mannen en de datum van de executie. Na de oorlog kon daardoor identificatie plaatsvinden. Op 2 november 1945 werden de resten van Hogenkamp bijgezet op de begraafplaats Esserveld in Groningen.

Op de executieplaats bij het crematorium van kamp Westerbork zijn de namen van de daar vermoorde verzetsstrijders sinds 2018 te zien op een monument.

Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Herinneringscentrum Kamp Westerbork
  • Oosthalen 8, 9414TG Hooghalen
  • Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.