De in New York woonachtige Charles Steindecker was in de laatste maanden voor de bevrijding naarstig op zoek naar zijn achternicht, de in Europa verblijvende Helga Klau (1921). Of hij haar vond is niet duidelijk, aannemelijk is het wel: na de oorlog vertrok de in Westerbork bevrijde Helga Klau al snel naar de Verenigde Staten.
Helga Klau
Op 5 januari 1945 ontving de in New York woonachtige Charles Steindecker (1903) een brief van het Personal Inquiry Department of the American Jewish Joint Distribution Committee. In antwoord op zijn vragen meldde Jeanette Robbins, medewerker van het comité, dat zij een aantal door hem gezochte personen had weten te lokaliseren. De Joodse Steindecker, in 1940 uit Frankrijk naar de Verenigde Staten vertrokken, had haar onder andere gevraagd om leden van de familie Klau te vinden. Mevrouw Resa Klau, zo schreef Robbins in de brief van 5 januari, bevond zich in het concentratiekamp Bergen-Belsen. Over het lot van Resa’s dochter Helga was haar niets bekend.
Charles Steindecker interesse in de familie Klau kwam voort uit een familieband: hij en Resa Klau waren volle neef en nicht van elkaar. Charles vader David Steindecker (1859) was in Frankfurt opgegroeid tezamen met de grootvader van Helga. Beide gezinnen kwamen uit een goed milieu: Steindecker was telg uit een bankiersfamilie, Helga’s grootvader was advocaat. Eind negentiende eeuw werden Lazarus Klau en David Steindecker in de familieband verenigd.
Relatie
In Westerbork had Helga een relatie aangeknoopt met Heinz Todtmann, één van de Joodse leiders, die haar tot de bevrijding in het kamp wist te houden.
In 1934 vertrok Dr. Oskar Klau (1889) met zijn gezin – zijn vader was al overleden – naar Zwitserland. Een jaar later keerde hij naar Duitsland terug om de liquidatie van zijn zaak te kunnen afronden, om in 1936 met vrouw Resa (1896), Helga en haar zusje Ursula (1932) in Amsterdam op te duiken, waar zij onder andere in een huis aan de Minervalaan woonden. Een kleine zes jaar later werd Helga Klau naar kamp Westerbork gestuurd, de rest van de familie volgde in maart 1943.
Helga Klau werkte in kamp Westerbork als typiste, vermoedelijk voor de Joodse Raad. Ze had in de eerste periode de mogelijkheid om regelmatig het kamp uit te reizen naar Amsterdam. In september 1942 verloofde Helga zich daar met de eveneens Joodse Walter Calvary (1912), die voor de Joodse Raad als contactpersoon in Westerbork werkzaam was.
Toen Charles Steindecker de brief van het Personal Inquiry Department of the American Jewish Joint Distribution Committee las, zat Helga Klau nog altijd in Westerbork gevangen. In tegenstelling tot Walter, haar ouders en zusje was zij niet begin 1944 naar Bergen-Belsen ‘abgereist’. In Westerbork had Helga een relatie aangeknoopt met Heinz Todtmann, één van de Joodse leiders, die haar tot de bevrijding in het kamp wist te houden.
Deze relatie, haar gedrag en Helga’s deftige voorkomen riepen in Westerbork gemengde gevoelens onder de gevangenen op, zo valt te lezen in het dagboek van Mirjam Bolle:
‘Helga Klau is een salonpop, altijd beschilderd, onder andere bij transporten. Ze is het liefje van een hoge Duitse omes, die gedoopt is, werkt bij de Joodse Raad en heeft dus een huisje met enige anderen, o.a. Hetty Brandel. Op een dag was Helga vrij en Hetty haar moeder was in de kamer. Dat beviel haar niet, die oude wijven, als zij haar vrije dag had. Hetty zei dat haar moeder kon komen wanneer zij dat wilde. De volgende dag had Helga een briefje, getekend door de gedoopte hoge oom, Todtmann + de koning van het kamp, Schlesinger, dat, als zij vrij was, alleen de mensen die zij wilde ontvangen, toegang tot de woning hadden.’
Eind juni 1945 verliet Helga Klau – na korte tijd als tolk voor de Canadezen te hebben gefungeerd – kamp Westerbork. Alleen Ursula bleek zwaar verzwakt de oorlogsjaren overleefd te hebben. In november 1946 vertrok Helga vervolgens via Brazilië naar de Verenigde Staten waar ze in de jaren vijftig trouwde met metaalindustrieel Erwin Eliel (1911). Ook zus Ursula kwam uiteindelijk in de Verenigde Staten terecht.
Of Helga Klau in de Verenigde Staten Charles Steindecker heeft getroffen is niet geheel duidelijk, aannemelijk is het wel.