Salomon Polak en zijn vrouw Berta Polak-Caneel woonden in de Groote Kerkstraat 61 in Leeuwarden. Salomon was meubelmaker, zijn werkplaats had hij in de Pijlsteeg, het steegje om de hoek van zijn woonhuis. Zowel op nummer 61 als op 59 van de Grote Kerkstraat had hij een winkel. Zoals in de advertenties is te zien handelde hij, naast in meubelen, ook in oude metalen.

Salomon Polak

Salomon Polak is geboren op 8 februari 1879 in Leeuwarden. Hij was een zoon van Mozes Polak en Henderina Polak-Boers. Hij en zijn tweelingbroer Izak waren het tweede en derde kind van de twaalf. Vijf kinderen overleden voor de oorlog, zes kinderen, waaronder Salomon en zijn tweelingbroer, stierven in Sobibor en Auschwitz. Alleen Klaartje, de twee jaar oudere zus van Salomon, overleefde de oorlog.
Berta Polak-Caneel was de dochter van Hartog Caneel en Froukje Caneel-van Wijk. Ze is geboren op 14 februari 1878 in Veendam. Ze was de zesde van de acht kinderen uit dit gezin. Ook zij overleefde de oorlog niet, net als een van haar broers stierf zij in Sobibor.

Uit het bevolkingsregister van Leeuwarden is bekend dat Salomon, komend uit Utrecht, zich in december 1900 weer inschreef in Leeuwarden. In 1902 vertrok hij naar Zutphen en keerde in 1903 terug naar de Friese hoofdstad. Berta woonde voor haar huwelijk in Groningen. Salomon en Berta trouwden op 25 juni 1904.
Het eerste kind van Salomon en Berta, hun zoontje Maurits, werd geboren in 1905. Het jongetje stierf op 1-jarige leeftijd. Hierna werden drie dochters geboren, Froukje op 30 mei 1907, Hendrina op 24 juni 1908 en Rachelina op 24 december 1919.

Bij het uitbreken van de oorlog waren de dochters Froukje en Henderina het huis uit en getrouwd. Froukje trouwde op 30 juni 1939 met Louis Sanders (1905-1963). Henderina trouwde al eerder, op 17 oktober 1933, met David Woudstra (1908-Mauthausen 1942).
Louis en Froukje Sanders-Polak hadden een kunsthandel aan de St. Jacobsstraat 18 in Leeuwarden. Toen zij in 1941 hun zaak op last van de bezetter moesten sluiten, doken ze onder. Ze moesten 19 keer verhuizen van onderduikadres. Uiteindelijk verbleven zij langdurig bij Zwerus en Anna de Boer op de boerderij in Wijckel aan de weg tussen Balk en Sloten en maken daar de bevrijding mee. Op de foto hieronder loopt het echtpaar voor het eerst sinds drie jaar weer vrij over straat naast de stadsgracht in Sloten.

Weer vrij. Louis en Froukje Sanders Polak in Sloten.   

Bron: https://friesland.75jaarvrijheid.nl/nieuw/2430980/de-oorlog-in-friese-foto-s-ver-van-allen-waarvan-ik-heb-gehouden

Onderduikkaart van Froukje Sanders-Polak

David Woudstra, de echtgenoot van Henderina, was bedrijfsleider van een broodfabriek in Enschede. Van hem is bekend dat hij werd gearresteerd wegens het niet dragen van de ster, hij had op zijn kantoor zijn colbert uitgetrokken en werd verraden. Hij kwam daardoor in het concentratiekamp Amersfoort terecht. Vanuit Amersfoort werd hij weggevoerd naar kamp Mauthausen waar hij 10 december 1942 is omgebracht. Henderina overleefde de oorlog.

Het echtpaar Salomon en Berta Polak-Caneel kwam op 11 maart 1943 aan in kamp Westerbork. Ze werden geplaatst in barak 68. Hun jongste dochter Rachelina was een paar dagen eerder aangekomen, op 9 maart 1943. Op Rachelina’s kaart staat vermeld dat ze huishoudster was.

Op 17 maart 1943 werden Salomon en Berta op transport gesteld naar Sobibor. Ze werden daar meteen bij aankomst, op 20 maart 1943 vermoord. Salomon was 64 en Berta 65 jaar oud.

Rachelina moest op 23 maart op transport, ook naar Sobibor. Zij kwam aan op 26 maart 1943 en ook zij werd meteen vermoord. Rachelina Polak was 23 jaar oud.